Onze ervaring,
uw vertrouwen

Moet mijn arts zwijgen? Het medische beroepsgeheim ten tijde van Covid-19

Nu blijkt dat het aantal coronabesmettingen blijft stijgen en er wederom strengere maatregelen werden opgelegd, worden ook artsen steeds vaker geconfronteerd met conflictsituaties waarbij hun beroepsgeheim eventueel in het gedrang komt. De Nationale Orde van artsen heeft recent duidelijkheid geschept.

1 Algemeen wettelijk kader

Als algemene regel stelt artikel 458 Strafwetboek dat geneesheren, heelkundigen, officieren van gezondheid, apothekers, vroedvrouwen en alle andere personen die uit hoofde van hun staat of beroep kennis dragen van geheimen die hun zijn toevertrouwd, en deze bekendmaken buiten het geval dat zij geroepen worden om in recht of voor een parlementaire onderzoekscommissie getuigenis af te leggen en buiten het geval dat de wet, het decreet of de ordonnantie hen verplicht of toelaat die geheimen bekend te maken, worden gestraft met gevangenisstraf van een jaar tot drie jaar en een geldboete van honderd euro tot duizend euro of met een van die straffen alleen. Aldus dient te worden gesteld dat een geneesheer slechts zeer uitzonderlijk informatie mag meedelen.

Daarenboven is ook de Wet Patiëntenrechten van 22 augustus 2002 van toepassing. Artikel 10 van de deze wet voorziet immers in een bescherming van de persoonlijke levenssfeer van de patiënt met inbegrip van de informatie die verband houdt met zijn gezondheidstoestand.

Met betrekking tot het verplicht laten afnemen van een test moet bovendien verwezen worden naar artikel 8 van de Wet Patiëntenrechten die voorziet dat een patiënt een tussenkomst kan weigeren.

2 KB nr. 44 dd. 26 juni 2020

Ten gevolge van de Covid-19 pandemie en de noodzaak tot het vlot kunnen uitvoeren van de contactopsporing werd in het Koninklijk Besluit nr. 44 dd. 26 juni 2020 in een afwijking voorzien op het hierboven aangehaalde artikel 458 Strafwetboek. Artikel 1, §5 stelt immers dat gezondheidszorgverleners ontheven zijn van hun geheimhoudingsplicht uit hoofde van dit besluit. Dit impliceert echter niet dat gezondheidszorgverleners zonder meer alle medische informatie mogen overmaken. Het KB beperkt de ontheffing immers expliciet tot die gegevens die nuttig zijn voor de contactopsporing.

Een kanttekening bij de regeling zoals voorzien bij het KB nr. 44 betreft evenwel het gegeven dat het KB destijds slechts voorzag in een uitwerking tot uiterlijk 15 oktober 2020. Bij afwezigheid van verlenging van de geldigheid van het KB is het meedelen van informatie vanaf 16 oktober 2020 thans terug strafbaar. Gelet op de huidige stand van zaken wordt evenwel verwacht dat het KB zal verlengd worden.

3 Standpunten Nationale Raad van de Orde der artsen

3.1 Weigeren test

Ook de Nationale Raad van de Orde der artsen had reeds in haar advies dd. 14.05.2020 gesteld dat gezien de bijzonder ernstige gezondheidssituatie de methode van contactopsporing het middel bij uitstek was om te proberen de pandemie te bedwingen. Om deze reden oordeelde zij dat het deontologisch aangewezen was om mits een duidelijk juridisch kader mee te werken aan de contactopsporing. Het KB nr. 44 kwam tegemoet aan dit verzoek.

Recent heeft de Nationale Raad van de Orde der artsen in haar advies van 19 september 2020 zich eveneens uitgesproken over het doorbreken van het beroepsgeheim indien een patiënt weigert zich te laten testen of weigert om de verplichte quarantaine na te leven.

In dit kader dient, zoals hierboven reeds aangehaald, verwezen te worden naar artikel 8 van de wet Patiëntenrechten. De patiënt heeft immers recht om al dan niet toe te stemmen met een tussenkomst van de beroepsbeoefenaar, lees o.a. de arts. De grondslag voor het weigeringsrecht is dan ook enerzijds gelegen in de fysieke integriteit alsook in de geneeskundige behandelovereenkomst. Aldus kan een patiënt nooit gedwongen worden om een test te laten afnemen.

Dit weigeringsrecht impliceert evenwel niet dat een geneesheer geen melding dient te maken van een mogelijke besmetting bij de gegevensbank. Deze verplichting vloeit immers rechtstreeks voort uit artikel 6 van het KB nr. 44.

Zelfs als een patiënt aldus weigert om zich te laten testen zal een geneesheer verplicht zijn om binnen de 24 uur vanaf het eerste vermoeden van een ernstige infectie die is opgenomen in de lijst “meldingsplichtige infectieziekten”, hiervan melding te maken met het oog op de opstart van de contactopvolging.

3.2 Niet respecteren quarantaine

Een andere situatie doet zich voor wanneer een patiënt zich weigert te houden aan de quarantaineverplichting. Het niet naleven van de verplichte maatregel van quarantaine kan immers wel een gevaar betekenen voor de volksgezondheid. Indien de arts verneemt dat de patiënt, door het niet naleven van de quarantainemaatregel, een onmiddellijk en ernstig gevaar betekent voor de gezondheid van anderen, en het onthullen van de informatie de enige manier is om een hoger belang, met name de volksgezondheid, te beschermen, kan de arts het beroepsgeheim doorbreken op basis van de noodtoestand.

Besluit

Op basis van het KB nr. 44 dient aldus besloten te worden dat een arts momenteel niet strafbaar is indien hij medische, aan corona gerelateerde, gegevens meedeelt aan het contactcentrum van Sciensano.

Bovendien is een arts verplicht om de gezondheidsgegevens van een mogelijk besmette patiënt door te geven aan de gegevensbank.

Daarnaast kan een arts zijn beroepsgeheim doorbreken indien een patiënt zich niet houdt aan de verplichte quarantaine. Hierbij dient evenwel te worden genuanceerd dat deze mogelijkheid enkel bestaat wanneer er sprake is van een “noodtoestand” waarbij de patiënt een ‘onmiddellijk en ernstig gevaar betekent voor de gezondheid van anderen’ en het opofferen van het beroepsgeheim de enige manier is om deze gezondheid van anderen te beschermen. Er valt evenwel te verwachten dat aan deze zeer strikte voorwaarden slechts zelden voldaan zal zijn.